Mijn cliënt is een man van middelbare leeftijd. Oprichter en eigenaar van een mid-size technologie bedrijf in vier landen en op het punt om verdere internationale uitrol van zijn organisatie aan te sturen. Echter, hierin wordt hij geremd door allerlei toestanden in en om hem heen. Hij gaat o.a. hierdoor door een diepe persoonlijke crisis en probeert naar buiten toe de rol te spelen zoals zijn omgeving al die jaren van hem gewend is.
De tweestrijd en verwarring vallen hem zwaar en hij voelt controle verlies. Tegelijkertijd voelt hij een onbestemde innerlijke drang tot losbreken maar dat mag hij niet zomaar van zichzelf, dat hoort niet bij hem; het type mens waartoe hij zichzelf rekent en zijn zelfbeeld.
Mijn vraag, als kader waarbinnen ik het energetische veld omtrent zijn transformatie bekijk, luidt: ‘Wat levert het hem uiteindelijk op en wat kan hij nu het beste doen?’
Hieronder volgt een letterlijk transcript van een deel van de reading:
Wat ik als eerste zie gebeuren gaat over het niveau van je intuïtieve denken; er komt een heel groot gebied met een amethist kleur naar voren. Diep, helder paars dat symbool staat voor de enorme grootte, helderheid en reeds ontwikkelde kracht van je intuïtieve en innerlijk weten. Het kunnen onderscheiden wat ‘waar’ is en wat ‘goed’ is. De geestelijke en mentale kracht om door de dingen heen te kijken en het te ‘weten’.
Een abstractieniveau hoger verschijnt een opening waar wit licht doorheen schijnt, het duidt op de beweging, de volgende stap in je ontwikkeling, die je aan het voorbereiden bent. Het is in dit beeld alsof je naar een cameralens kijkt die je levenslicht naar binnen laat. Dus vanuit een donkerte zie je het licht naar binnen stromen. Je zit in een heel groot, leeg en donker gebied en dit beeld lijkt te zeggen “je hebt voor nu genoeg persoonlijk materiaal om mee te werken”.
Meer nieuwe inzichten en mogelijke richtingen worden voorlopig maar mondjesmaat toegelaten want je kunt niet aan alles tegelijk werken. Je moet nu eerst het begin van een nieuwe structuur in je leven gaan bouwen met het materiaal dat je nu hebt op basis van je innerlijk weten, om daarna pas nieuw ‘licht’ toe te laten. Alsof het nieuwe licht dat door de lens zal vallen, de invulling zal worden waarmee je de vrijgekomen ruimte kan vullen. Alsof de huidige structuren van je leven niet meer werkbaar zijn en pas wanneer nieuwe structuren beginnen te ontstaan er duidelijkheid komt over het type ‘licht’ en de hoeveelheid die je dan kan toelaten.
Dus wat je nu gaat doen, is aan de slag om met de inzichten uit jezelf en die diep van binnen zijn ontstaan, een nieuwe structuur om jezelf heen bouwen waarin je de toekomst kan ‘inladen’. De oude structuur voldoet niet meer dus je kan niet anders dan nu gaan bouwen op basis van je innerlijk weten over wat je nog te doen staat in dit leven. Zodat dat vormen kan gaan aannemen en beschikbaar komt voor anderen. Dan pas zal er nieuw ‘levenslicht’ en daarmee nieuwe mogelijkheden kunnen worden toegelaten. Dat laat dit gebied, dit beeld, zien. Dat bouwen is vanaf nu aan de orde. De nieuwe structuur ontwerpen en bouwen, voor jezelf.
Hoe ziet dat er dan uit?
Het ziet eruit als een matrixveld dat je om jezelf heen vouwt. Als een soort ‘Smartmax’, bolletjes en staafjes, waarbij de bolletjes de knooppunten zijn waar de informatie uit de staafjes samenkomt. Je bouwt een volledig nieuwe en bewegelijke ‘laag’ om jezelf erbij.Je gaat gedurende je transformatieproces heel duidelijk vanuit je identiteit een verbinding doorbouwen naar je hart waardoor je met je dagelijks bewustzijn toegang krijgt tot een nieuwe dimensie van waarnemen. Daar vind je dan ook alle oude herinneringen (en pijn) vanuit je hart. Waarnemen vanuit het hart geeft een totaal andere werkelijkheidsbeleving en door deze laag te verbinden met je identiteit krijgt je er een heel groot bewustzijnsgebied bij. Je komt terecht in een oud archief waarin je merkt dat je daar onverwacht ontzettend goed de weg weet. Je merkt dat je verbazingwekkend goed weet wat de mogelijkheden zijn met deze nieuwe laag van bewustzijn. Je voelt daardoor ineens dat dit de groei en verruiming is waar je al heel lang tegenaan zat te hikken en al lang tegenaan zat te duwen omdat het zo ontwrichtend is. Het zet alles, alles in een ander daglicht. Alle zekerheden en illusies vallen uiteen en lossen als het ware op. Ze zijn nergens meer te bekennen, ze zijn betekenisloos geworden. De oude structuren, zekerheden, ankers, overtuigingen zien eruit alsof ze in zichzelf zijn opgegaan. Ze waren ooit ontstaan voor het nut van toen, en zijn weer vergaan. Ze zijn weer als ‘niks’.
Je kijkt dan vanuit de nieuwe laag naar je huidige leven en blikt ook terug op het leven dat je tot nu geleefd hebt. Het voelt alsof je in een bubbel heeft geleefd. Alsof er een vlies bestond tussen vanwaar je toen keek en ‘de plek’, het gezichtspunt, vanwaar je nu kijkt. Je zegt eigenlijk “I can see clearly now”. Met een heel grote bril op. Kortom, je krijgt er een enorm heldere blik voor terug. Nog veel helderder dan tot nu toe. Dit groeiproces betekent dan ook een enorme verruiming van je waarneming. En ook dat je dan tot de conclusie komt… hoe heb ik me ooit tevreden kunnen voelen met de beperkte blik die ik toen had.
Wat dit groeiproces ook met je gaat doen, is dat het je hongerig en gretig maakt naar “zouden er dan nog meer brillen zijn die ik op kan zetten? Als dit al zo’n verruiming in mijn waarneming betekent, en me dit al zo’n ander beeld van de werkelijkheid geeft, en van het leven, zijn er dan niet nog meer brillen die me lekker zouden zitten? Zijn er dan niet nog meer brillen die ik zou willen opzetten en uitproberen?” Er ontstaat op basis van dit besef uiteindelijk een nieuwe innerlijke drive of gevoelsdrang, van binnenuit je buik en naar je hart. Je zegt; “daar zou ik wel zin in hebben want dat is iets wat altijd leuk zou zijn en altijd verrassend blijft.”
Vroeger ging je binnen het geaccepteerde paradigma op zoek naar verklaringen en nu gaat je echt op zoek naar nieuwe brillen, dus nieuwe paradigma’s. Je vraagt je steeds af of er nog meer paradigma’s bestaan van waaruit je kunt kijken. En je vraagt je af of er dan ook nog een meta-paradigma bestaat dat alle andere paradigma’s omvat. Ineens neemt de wendbaarheid in je hersenen dermate toe dat je plotseling kan manoeuvreren in de constellatie van brillen. De brillen zijn dus geen perspectief maar paradigma’s met onderliggende waarheidskaders. Je bevat hoe de brillen samen een ‘volledigheid’ kunnen beschrijven maar je ziet ook de betrekkelijkheid. Dat elke bril maar een bril is en dat waarheid dus zo in beweging is. Zo fluïde. Vanaf dat moment ga je een heel andere definiëring geven aan ‘waarheid’. Ineens ervaar je waarheid totaal anders. Waarheid wordt een punt in de tijd en plaats. Je ervaart hoe waarheid altijd in beweging is en in expansie. Dat de enige vaststaande waarheden, op de aarde, bepaald worden door de natuurwetten. Er bestaat niet zoiets als stilstaande energie of zoiets als een stilstaand feit want alles is context afhankelijk en vanuit waar je gaat staan op je matrix, heb je elke keer een andere ervaring van hetzelfde. Het wordt daarmee direct iets anders. Zijn persoonlijke duiding, persoonlijke waarheid van hetgeen hij onderzoekt veranderd mee. En ineens ervaar je hoe je vanuit een gekozen punt in plaats en tijd kunt kiezen waar je naar wilt kijken. Kunt kiezen wat je wil zien. Kunt kiezen welke betekenis en welk gewicht je eraan geeft. Deze kwaliteit heb je nooit eerder durven toelaten omdat het je zou vervreemden van de mensen om je heen. Nu durf je dit wel.
Dit is de expansie van je hersencapaciteit. Je hersenen gaan aanvankelijk in protest, door vanuit polariteit te sorteren, twijfels te formuleren en te bagatelliseren. Het gaat aanvankelijk het bevattingsvermogen van je menselijke denken en bewustzijn te boven en daarom kan het ook niet sneller dan het gaat. Toch is dit waar je naar toe groeit. Er is grote mentale weerstand om waarde te durven hechten aan iets wat niet unaniem of onweerlegbaar ‘waar’ is. Dit vraagstuk krijgt komende jaren een heel gelaagd antwoord. Je kunt waargenomen werkelijkheden náást elkaar plaatsen en ervaren hoe elk een bepaalde waarheid in zich kan dragen; als je maar één antwoord wilt horen doe je jezelf en de ander tekort. Het geeft je enorme extra mogelijkheden om te surfen door waarheden en betekenisvelden. Je neemt waar hoe een positie op de matrix voorwaardelijk is en je bepaald wie ‘het’ kan ontvangen en begrijpen. Men kan naast elkaar staan in tijd en plaats maar op een ander knooppunt in de matrix, met een andere bril, waardoor informatie niet overgedragen kan worden. Deze manier van waarnemen gaat ver voorbij de cognitieve intelligentie.
Om deze groei te laten voltrekken, is het nodig dat je eerst de contouren van je huidige bril in volledigheid kunt ervaren; de structuur van waaruit je nu kijkt en die symbool staat voor een heel construct, of systeem, van waarheden, illusies, maatschappelijke vanzelfsprekendheden, onwaarheden, zo doen we de dingen, zo deed ik de dingen, dit ben ik wel en dit ben ik niet, zo zijn wij en zo zijn wij niet.
Dit zijn allemaal overtuigingen die als je ernaar kijkt in de vorm van energie, knooppunten zijn, vaststaande punten in de tijd en plaats. Het zijn de punten waarop je in het verleden je ankers hebt gezet. Doordat je nu zoveel meer soorten ankers en ankerplaatsen gaat zien, en kan verplaatsen van knooppunt naar knooppunt, anker naar anker, zie je steeds nieuwe mogelijkheden. Daarmee verander je steeds zelf het uitzicht dat je hebt op je omgeving. Dit leidt tot een toets van de ankers waar je je mee identificeert. Je bekijkt ze één voor één kritisch en beoordeeld op welke manier ze nog van waarde kunnen zijn en blijven. Je kunt in principe kiezen, kan ze allemaal houden en hoeft er niet één weg te doen als je dat niet zou willen. Dat is een keuze waar je vrij in bent maar je bent er pas ten volle tevreden mee als je de beperking van elk anker ook volledig doorziet en ervaart. Zodat je er op een nieuwe manier en vanuit een nieuwe bril opnieuw vol voor kan kiezen. Het is een keuze om een bepaald anker te houden wetende dat er nog veel meer zijn en die je niet uitsluit. Je kunt hierin feitelijk niets verkeerd doen, want elke keuze is goed. Je gaat heel helder zien dat het niet mogelijk om verkeerd te kiezen. Sommige ankers laten je voelen dat je er ooit in geloofde als een waarheid; dat het zo hoorde en dat het zo moest en dat je dat op die manier moest doen. Je hebt jezelf destijds gedwongen om te vergeten dat je eigenlijk wel beter wist. Je hebt jezelf daarin kleiner gemaakt en hebt je geschikt daarin omwille van de stabiliteit en veiligheid die nodig was om je op andere dingen te kunnen concentreren. Je lijkt nu klaar om de onveiligheid van geen ankers ook te kunnen waarderen en ook te kunnen voelen als kans voor ontwikkeling. Dus het los komen van de veiligheid wordt bijna de nieuwe veiligheid. Je zegt tegen jezelf dat je daar wellicht minstens zoveel plezier en voldoening uit kan halen, uit het niet weten wat er komt.
Wat is dan nu de eerstvolgende stap?
Het is alsof de zon nog even door moet branden omdat wat er om je heen hangt aan structuur en systemen letterlijk verbrand moet worden. Alsof de brand van buitenaf het voor je op kan lossen. Alsof je dan zelf bijna niets hoeft te doen om het op te lossen, alleen het innerlijke onderzoek voltooien. Het is alsof je als dankbetuiging voor wat je allemaal hebt gedaan, alles voor je wordt opgelost. Alsof de beperking van bepaalde ankers en de benauwdheid, de krapte, die dat oplevert, rustig voor je worden weggehaald. En dan voel je dat er ruimte ontstaat die je kan gaan bemensen. Alleen zijn het ingrepen van buitenaf en daardoor ben je niet zelf in controle over het tempo waarmee het gebeurd. Het kan voor jou daarom blijven voelen alsof het je wordt aangedaan maar eigenlijk is het een geste vanuit je hogere zelf, een vermomde dankbetuiging. Met de onderliggende betekenis dat je niet zelf verantwoordelijkheid hoeft te dragen en hoeft te verduren, dat je wat je hebt opgebouwd ook weer zelf zou moeten afbouwen om ruimte voor jezelf te scheppen. Dat zou te pijnlijk zijn, dat je je eigen bouwsels zelf zou moeten afbreken. Dat wordt dus vóór je gedaan. Het is geen zwakte of fout maar op zielenniveau bedoeld om je te ontzien en je te helpen zaken af te ronden. Soms helpt boosheid en soms is het pijnlijk, maar je hoeft iig niet verdragen dat je zelf je eigen levenswerk in de steek laat en met zelfverwijt moet doorleven. Je bent inmiddels veel groter dan het ‘bouwsel van je leven’ dat je tot nu toe hebt gecreëerd. Het bouwsel heft zichzelf daarom, waar nodig, op.